M. Enes Ergene

Omdat moderne staten gebouwd zijn op verstedelijkte samenlevingen, zijn problemen die betrekking hebben op menselijkheid, maatschappij en democratische waarden complex en gedifferentieerd. Al onze daden, of ze nu politiek, economisch, sociaal of cultureel zijn, zijn er op gericht ons deel van de taart te krijgen. Onze geest kan het niet bevatten dat we handelen zonder een beloning te verwachten of iets te geven zonder wat te nemen. We staan op de drempel van een tijdperk waarin “dienstbaarheid aan de mensheid” met uitsterven wordt bedreigd. Dit is het begin van een totaal mechanische, digitale wereld waar alle menselijke vermogens op vernietiging zijn gericht. De mensheid raakt uit de gratie. Mensen worden een product of een ruilmiddel, terwijl ze ooit werden beschouwd als het grondbeginsel van het universum. Het probleem van de moderne wereld komt door dit soort mens. Om deze tendens te keren zijn er overal mensen die zich richten op spiritualiteit, op het goddelijke doel dat de mensen zal herinneren aan hun werkelijke waarde.

Sommige politieke paradigma’s stellen dat het grondbeginsel van een multiculturele, participatieve en pluralistische democratie alle sociale problemen zal oplossen. Volgens zulke paradigma’s ontstaan alle problemen door het ontbreken van zo’n systeem en de tekortkomingen van democratieën en rechtssystemen die zijn ontdaan van participatieve en pluralistische mogelijkheden. Het argument is dat deze tekortkomingen tot conflicten leiden in de vorm van etnische, culturele, gemeenschappelijke, politieke of ideologische eisen. Als er democratische rechten en instituties zouden zijn en als die instituties alle burgers zouden dienen, dan zouden mensen niet langer worden bewogen door etnische, gemeenschappelijke, culturele of andersoortige maatschappelijke verbanden. Aan de andere kant beschouwen sommige mensen zulke problemen als marginale fenomenen, simpelweg als een prijs die betaald moet worden voor economische modernisering. Volgens deze zienswijze is het echte probleem dat sommige mensen zich achtergesteld voelen in het proces van modernisering. Volgens deze theorie zouden deze mensen als ze een bepaald niveau van economische ontwikkeling en rijkdom bereiken, niet meer voor problemen zorgen en zullen ze dienovereenkomstig integreren. Als mensen zich “tolerantie en wederzijds respect” eigen maken, als integraal onderdeel van het democratisch concept, en als ze deze principes allesbepalend maken in hun persoonlijke en publieke relaties, dan zullen de maatschappelijke problemen worden verdreven. Althans, daar hoopte men op. De realiteit bewees echter dat zelfs nadat democratie was ingevoerd de religieuze, etnische en culturele verschillen een bron van conflict blijven.

Vandaag de dag heeft de Verenigde Naties 192 lidstaten en wellicht zijn er nog twintig die niet onder de paraplu van de VN vallen. Er zijn meer dan zeshonderd taalgroepen en meer dan vijfduizend etnische groepen. Slechts in enkele landen spreken alle inwoners dezelfde taal of behoren ze tot dezelfde etnisch-nationale groep. Deze politieke, sociale, culturele, militaire en religieuze veelvoudigheid betekent potentiële onenigheid en conflict op internationale schaal. Deze mogelijkheid maakt democratische veronderstellingen vaak onzeker en discutabel. Sinds het einde van de Koude Oorlog zijn etnische en culturele conflicten de centrale oorzaken geworden voor politiek geweld.

Deze kwesties bedreigen de toekomst van alle mensen in de wereld. Het is dus noodzakelijk om de culturele fundamenten van tolerantie, begrip en dialoog op te stellen in een breder en omvattender systeem dat boven de oude democratische praktijken uitstijgt. Natuurlijk is er geen simpele oplossing of een enkele formule om mondiale ziektes te genezen. We moeten onszelf niet voor de gek houden. Veel suggesties kunnen onder specifieke voorwaarden werken, maar ze kunnen nauwelijks consequent op universele schaal worden toegepast. Als we ons kunnen bevrijden van onze vooroordelen over andere mensen en als we onze verschillende ervaringen in overweging nemen, zullen we wellicht merken dat lokale bewegingen mogelijke oplossingen kunnen bieden voor bepaalde universele problemen.

De ideologie van modernisering schiep een mensbeeld dat meer aan het “individu” was gerelateerd dan aan de mensheid. De moderne mens leefde in een hoek, alleen en slechts geïnteresseerd in zichzelf. Ideologie en vooruitgang werden gelijk: geld verdienen en het uitputten van de grenzen van rijkdom en welvaart. In een beperkt deel van de wereld schoot dit model wortel. Maar de mensen zagen al snel dat zelfs wanneer zij de materiële grenzen van rijkdom en welvaart bereikten, hun politieke, economische en sociaal-culturele problemen aanhielden. Ook dat naarmate materiële rijkdom toeneemt, de spirituele armoede evenredig toeneemt. De mensheid bereikte een staat waarin alleen materiële en spirituele ontevredenheid werd gekweekt. Mensen, massabewegingen en gemeenschappen begonnen vraagtekens te plaatsen bij het systeem waaronder zij leefden en vormden belangengroepen en grote organisaties.

Op dit historische moment van sociale, economische en politieke transformatie, zien we het element van de mensheid op de voorgrond. Het bestaan van de mens op aarde en onze manier van zelfverwezenlijking worden opnieuw in twijfel getrokken. Dezelfde vragen die de gedachten van de vroege naturalistische filosofen bepaalden, nemen nu de gedachten van de hedendaagse filosofen in beslag. Op dit moment zien we ook dat gelovig leven en religieuze praktijken wereldwijd in opkomst zijn. Na het avontuur van de mensheid met modernisering en de prijs die daarvoor in alle sectoren van menselijke organisatie (cultureel, sociaal, economisch en politiek) is betaald, richt de mensheid zich wederom tot het goddelijke om antwoorden te krijgen. Het lijkt er op dat de meest volledige en meest bevredigende antwoorden op existentiële vragen geïnspireerd worden door het concept van de “deugdzame persoon”, die in verschillende vormen wordt verbeeld in de hemelse religies.

Er is daarom behoefte aan een duurzame poging om de werkelijke waarde van de deugdzame persoon te doen herleven. Het doel van deze inspanning moet niets anders zijn dan het reproduceren van de persoon voor de mensen (d.w.z. de “persoon van de traditie”, de zelfopofferende en spiritueel geoutilleerde persoon). Dit vraagt om een generatie die zichzelf wijdt aan dienstbaarheid. Zoals een oud Turks spreekwoord luidt: “Hak için halka hizmet” ofwel Dien de mensheid omwille van de Almachtige. Omdat zijn geest en geweten is ontdaan van een dergelijke vurige toewijding, kan de hedendaagse mens deze levensstijl echter niet bevatten. Maar individuen die wel een dergelijke geest bezitten, hebben een sleutelrol gespeeld in het tot stand komen van de menselijke beschaving, van voormalige wereldrijken en van staten. Vandaag de dag zijn er veel sociologen en maatschappelijk werkers die ernaar streven om dat in een persoon te bewerkstelligen. In feite is in de moderne beschaving een dringende behoefte aan zelfopofferende geesten die zich wijden aan de gemeenschap en aan een oprechte beweging voor dialoog en consensus.

De missie van de Gülen-beweging is op een dergelijk moment van groot belang. Naast de historische en sociale projectie die is besproken in dit stuk, moeten we ook Gülens charismatische karakter opnemen als belangrijke factor waarom de aandacht op de beweging is gevestigd. Hoewel ik niet de intentie heb om in deze studie een karakteranalyse te maken, denk ik dat het essentieel is om kort in te gaan op Gülens biografie.

Read more:
Anderen over Gülen

Op deze pagina komt u korte citaten tegen van verschillende mensen over Fethullah Gülen: [accordion] [acc_item title="PROF RICHARD PENASKOVIC, AUBURN...

Close