Fethullah Gulen over antisemitisme

Fethullah Gulen over antisemitisme

M. Fethullah Gulen

N.a.v. de recente discussies over antisemitisme: een oproep van Gulen voor zuivering van haat en vijandigheid

Onlangs is het onderwerp van antisemitisme weer opgedoken. Ditmaal vanwege de uitspraken van een paar kinderen. Dat het niet een kwestie is wat zich beperkt tot deze kinderen en dat haat jegens ‘de ander’ aan het toenemen is moge duidelijk zijn. De uitspraken die zijn gemaakt keuren wij ten strengste af. Dat de mensen die dit soort issues onder de aandacht brengen bedreigd worden baart ons zorgen.

In het volgende stuk werpt Fethullah Gülen licht op hoe er met haat tegen anderen omgegaan dient te worden, zowel vanuit het perspectief van universeel gedeelde waarden, als vanuit een islamitisch perspectief.

‘Liefde is de raison d’être voor het bestaan van creatie.’

Is het nog mogelijk om een(sgezind)heid te bereiken ondanks alle verschillen? (zie)

We kunnen uiteraard de verschillen die in het land bestaan, welke voortvloeien uit het feit dat ieder een eigen overtuiging, geschiedenis, cultuur en geografische ligging heeft, niet buiten beschouwing laten. Maar naast alle verschillen die er zijn, zijn er ook gemeenschappelijke punten die we in ogenschouw dienen te nemen. Als we dit onderwerp toespitsen op het individu, zullen we te maken krijgen met het volgende feit. Alle mensen zijn gemaakt van dezelfde materie; we bestaan allemaal uit dezelfde atoomdeeltjes van aarde, lucht en water. Daar komt bij dat we dezelfde structuur en dezelfde organen hebben. Bovendien vertonen we allemaal, naast fysieke verschillen zoals ons DNA, onze vingertoppen, onze stem, en ons gelaat, ook verschillen qua humeur, karakter, keuzen, capaciteiten en vaardigheden, waardoor iedere mens een aparte wereld in zichzelf herbergt. Maar deze verschillen dwingen ons juist om samen te leven en ons niet van elkaar te verwijderen. Net zoals de diverse ledematen die ons lichaam vormen, harmonieus met elkaar samenwerken ondanks hun verschillen, en net als in het heelal, dat bestaat uit talloze wezens en elementen, alles in de richting van een algemeen doel samenwerkt en samenleeft, en net zoals de zon met zijn warmte en licht, water, lucht, aarde, en de graankorrel met onze inspanningen samenwerken om ons dagelijkse brood te verwerven, evenzo zijn de verschillen tussen de mensen er niet voor om over te strijden, maar om samen te werken om een algemeen en gemeenschappelijke doel te dienen.

Wat is dan dat algemene en gemeenschappelijke doel?

Wat de godsdiensten en vooraanstaande filosofen door de geschiedenis heen hebben verkondigd, verschilt niet al te veel van elkaar, enkele uitzonderingen daargelaten. Allen hebben stilgestaan bij het doel van het wereldse leven. Bijvoorbeeld zegt Kant bij het omschrijven van dit doel, dat het niet de bedoeling zou moeten zijn van het bestaan van de mens om puur zijn materiële wellust te verzadigen, want de mens kan op dit gebied de dieren niet evenaren. Derhalve zou het doel van het bestaan van de mens moeten zijn het bereiken van de volmaakte mensheid door middel van morele opvoeding.

Een andere Duitse filosoof, Scheler, zoekt hetgeen de mens van de dieren scheidt in de kern van de Geist. Terwijl hij het volgen van instincten en gevoelens als gemeenschappelijke noemer ziet bij de voortplanting van dieren en mensen, noemt hij de Geist en diens activiteiten als een richtingaanwijzer voor de juiste koersbepaling van menselijke gevoelens en neigingen en ook de beteugeling daarvan. De ware menselijke vrijheid ontdekt hij in deze activiteit. Een filosoof als John Stuart Mill, die bekend staat als hedonist, weerspreekt het verwijt dat hij het bereiken van het hoogste genot als het doel van het leven beschouwt en de mens derhalve een doel stelt dat gelijkstaat aan dat van de zwijnen. Hij zegt daarbij dat hij doelt op het basisdoel van het menselijk bestaan, namelijk de ultieme geneugten van de geest, het geweten en de gevoelens.

Als we terug gaan naar de tijd van de Oudheid, zien we Plato in het westen, die voor de mens en diens opvoeding het bereiken van het goede, de waarheid, de schoonheid en de rechtvaardigheid als doel kiest en in het oosten Confucius, die op zoek naar een deugdzame samenleving, de menslievend, de wijsheid, de integriteit, de waarheid, de moed en de vastbeslotenheid als doel stelt voor de mensheid, dat slechts bereikt kan worden door middel van de bereidheid tot studie. Hij stelt dat de mens door studie deugden als de bekwaamheid, rechtschapenheid, wijsheid, eerlijkheid, zuinigheid, onbedorvenheid, het waarborgen van de rechten van ouderen, gulheid, discipline en integriteit zou moeten kunnen bereiken.

Vanuit de Koran bekeken

Zoals we in de Koran lezen en voor zover we de geschriften van islamitische geleerden en denkers die hierover schrijven kunnen volgen, wordt in de islam het hebben van kennis der materie als basisdoel gesteld voor het menselijk bestaan. Dat wil zeggen het in de ruimste zin des woords door de wetenschap construeren van de aarde met die kennis, het lezen van het heelal als een boek en het bereiken van de kennis van God. Onze geleerden en denkers staan stil bij het feit dat andere levende wezens dan de mens, bijvoorbeeld de dieren, als het ware ter wereld komen met voorkennis, die ze in een andere wereld hebben opgedaan en zich zo aan het leven aanpassen, terwijl de mens alleen door te leren van een potentieel mens-zijn tot een volwaardig mens kan worden.

Dit betekent dat we in de islamitische terminologie het begrip “Fitrat” kennen, hetgeen natuurlijke aanleg betekent en dat een onveranderlijke gemeenschappelijke noemer is voor een menselijke kern van ons allemaal. Deze gemeenschappelijke noemer van ons, onze gemeenschappelijke behoeften, onze gemeenschappelijke kenmerken bepalen ook de fundamentele principes in de opvoeding, waar ook ter wereld. Zelfs de kenmerken die we als verschillen zien, vormen een zeldzaam geheel, als deeltjes van een puzzel. Net zoals onze materiële basisbehoeften al vanaf de eerste mens tot en met nu niet veranderd zijn, evenzo zijn we allemaal hetzelfde gebleven wat betreft onze mentale en geestelijke kanten. Zoals ik bij het beantwoorden van de eerste vraag van Prof. Dr. Rostislav Ribakovprobeerde uiteen te zetten: fundamentele kenmerken die door alle mensen gedeeld worden, elementaire ethische waarden, gemeenschappelijke kanten van menselijk leven, bepalen ook de waarden voor onderwijs, die overal in de wereld geldig kunnen zijn. Ook het antwoord op de tweede vraag van de professor geeft een idee over dit onderwerp. Rest nog het toepassen van de methoden en wat dit betreft kunnen we leren van de werkzaamheden van onze onderwijzers en opvoeders, die ze al jaren, zelfs eeuwenlang hebben verricht. We kunnen dit proberen verder te ontwikkelen en de verschillen van de menselijke individuele psychologie en de culturele en geografische diversiteiten die in de praktijk ontstaan in ogenschouw nemen en daarmee aan het werk gaan.

Jegens moslims die haatgevoelens tegen joden dragen (zie)

Het kan voorkomen dat moslims die de pijn delen van de slachtoffers van oorlogen haatgevoelens hebben ontwikkeld tegen wie zij als de vijand zien. De islamitische religie aanhalen om als ‘bewijs’ aan te dragen voor de overtuigingen vol haat is echter onacceptabel.

“Moslims zijn de bodyguards van liefde en affectie, die alle daden van terrorisme mijden en die hun lichaam hebben gezuiverd van allerhande haat en vijandigheid.”

In een overlevering van de Profeet (vrede zij met hem) zei hij dat als een man vloekt op de vader van een andere man; of als iemand vloekt op de moeder van iemand anders, hij daardoor veroorzaakt dat er op zijn eigen moeder of vader wordt gevloekt en daardoor is hij in feite schuldig aan het vloeken op zichzelf. Wat dit eigenlijk indiceert is dat de Profeet (vzmh) er alles aan deed om respect aan anderen te tonen. Dit betekent dat mensen die vandaag de dag hun religie aanhalen wanneer ze anderen beledigen, ze hun Profeet niet goed hebben begrepen. Dit is zo omdat er geen ruimte is voor haat en vijandigheid in zowel de islam als de veelkleurige wereld van zijn afgezant Mohammed (vzmh).

Liefde verbindt het bestaan
Ja, Mohammed (vzmh) is een man van genegenheid. Hij staat ook bekend als “Habibullah”, wat afkomstig is van het woord ‘habib’ hetgeen ‘hij die van God houdt en die geliefd is door God’ betekent. Mystici zoals imam Rabbani, Mevlana Halid en Shah Veliyullah Dehlevi zeggen dat liefde de hoogste graad is.

God schiep de hele schepping uit liefde en de islam heeft dit delicate kantwerk van zijn liefde verfraaid. Om met de woorden van een andere grote mysticus te spreken: ‘Liefde is de raison d’etre voor het bestaan van creatie.’

Maar er is toch een gewelddadige element in de islam?

We kunnen natuurlijk, ondanks dit alles, niet ontkennen dat de islam een element van geweld in zich heeft dat fungeert als afschrikwekkend middel. Sommige mensen echter nemen deze elementen, die secundair zouden moeten zijn, en beschouwen ze als datgene waar islam over gaat, terwijl de islam juist vreedzaam is. Een vriend van me die deze gevoelens deelde, zei me eens: “Je praat met iedereen zonder beperkingen op te leggen. Hierdoor breekt de spanning die we hebben, terwijl we hebben geleerd dat we, volgens de islam, onze vijandelijkheid aan bepaalde mensen zouden moeten laten zien in de naam van God.” Deze gedachte komt eigenlijk voort uit de onjuiste interpretatie van dit idee.

Hoe dien je dan wel te gedragen en te handelen?

In de islam moet van alles dat is geschapen worden gehouden in de naam van God. Datgene wat moet worden gehaat en waartegen vijandigheid moet worden getoond, is de onzuivere en immorele gedachte en blasfemie. God heeft de mens bedoeld als vriendelijk schepsel (Isra 17/70), en je kunt zeggen dat iedereen, in meerdere of mindere mate, gezegend is met die kwaliteit. De Profeet van God (vzmh) kwam langs een Joodse begrafenis en hij stopte even om zijn respect te betuigen. Toen hij erop werd gewezen dat de persoon die werd begraven joods was, antwoordde Mohammed: “ Hij is echter nog altijd mens.” Hij toonde de waarde die in de islam aan de mensheid wordt gegeven.

Dienaren van God
Als we de Koran lezen zien we dat het in alle opzichten is gebaseerd op vergeving en tolerantie. In de passage ‘Het Huis van Imran’ in de Koran staat: ‘Zij die welwillend hun ongedwongenheid en puurheid spenderen, en zij die hun toorn onderdrukken en mensen vergeven; God heeft hen die goed doen lief.’ (Al e-Imran 3/133) Laat het ons verder uitleggen. Je loopt tegen een incident aan dat je bloed laat koken; mensen hebben je vervloekt en beledigd. Je zou je, zo goed als je kan, onverschillig moeten gedragen en niet moeten reageren. De Koran laat zien hoe mensen van goede zeden zich zouden moeten gedragen, zelfs op momenten dat je zou willen snauwen. “Dat zijn zulke grootmoedige mensen dat wanneer zij geconfronteerd zouden worden met gebeurtenissen die hen gek maken, ze hun woede in zouden slikken alsof het een doorn was en ze de fouten van anderen door de vingers zouden zien.” De Arabische woorden uit deze passage betekenen veel. ‘Kezm’ betekent slikken wat niet geslikt kan worden terwijl Kazim betekent dat iemand zijn woede inslikt.

In een andere passage vertelt God zijn volgers: “En zij die geen valse getuigenis willen afleggen. En wanneer ze trivialiteit passeren, passeren ze op edelmoedige wijze.” (Al-Furqan 25/71)

Een islamitische stijl
Wanneer we kijken naar het verheven leven van de Profeet (vzmh), zien we dat hij alles wat in de Koran staat toepaste. Tegen iemand die bij hem kwam en toegaf overspel te hebben gepleegd en die erom vroeg om gereinigd van zijn zonden ongeacht wat de straf zou zijn, zei de Profeet (vzmh) bijvoorbeeld: “Ga naar huis en heb berouw. Er is geen zonde die God niet vergeeft.” Een ander Hadith vertelt ons hoe een persoon een ander er bij de Profeet (vzmh) van beschuldigde van hem te hebben gestolen. Op het moment dat de straf zou worden uitgesproken, draaide de man zich om en hij vergaf de dief, waarop Mohammed (vzmh) zei: “Waarom heb je hem in eerste instantie niet vergeven?”

Dus, als dit allemaal tot in detail is onderzocht in de eigen bronnen, zal men inzien dat de stijl -die is aangenomen door degenen die anderen met haat en vijandigheid bejegenen en die hun verzet tegen moslims, joden en christenen, met uitzondering van henzelf, hebben aangescherpt met boosheid en die een smet op hen werpen door hen “ongelovig” te noemen- totaal niet in overeenstemming is met de islam. Zoals we hierboven hebben aangegeven is de islam een religie van liefde en tolerantie. Moslims zijn de bodyguards van liefde en affectie, die alle daden van terrorisme mijden en die hun lichaam hebben gezuiverd van allerhande haat en vijandigheid.

Fethullah Gulen’s boodschap aan de conferentie “Geweld aan de kaak stellen in de naam van God: de zaak van de Islam”

De conferentie richtte zich op het begrijpen van één van de veel besproken problemen van onze tijd, aangaande de kwestie van terrorisme en de relevantie daarvan in de islam als een wereldreligie.

Eén van de hoofdvragen die de sprekers onderzochten was de vermeende link tussen terrorisme en islam omdat dit een actueel onderwerp in de Westerse media is.

Over de kwestie van vijandschap tussen grote religies in de wereld, zeiden de sprekers dat fundamentele kwesties van conflicten niet gerelateerd zijn aan de religies zelf, maar eerder gerelateerd zijn aan de politieke en economische agenda van individuen en leiders die vaak worden neergezet als deel van een religieuze agenda om massale steun te verkrijgen voor hun doelen.

De sprekers drongen erop aan om de fout van het generaliseren te vermijden wanneer het aankomt op het begrijpen van religies door individuele gebeurtenissen, omdat dit wellicht kan leiden tot fundamentele misverstanden.

In plaats daarvan stelden de deelnemers aan de conferentie voor dat elke gebeurtenis moet worden begrepen binnen zijn eigen specifieke context, voordat het kan worden gebruikt als een voorbeeld om generalisaties over individuen of andere religies te maken.

De conferentie was een uitgebreide poging om een kader te tekenen waarbinnen we zouden moeten proberen elkaar en andere religies te begrijpen, zeker binnen de context van de islam en terrorisme.

De conferentie richtte zich op het begrijpen van één van de veel besproken problemen van onze tijd, aangaande de kwestie van terrorisme en de relevantie daarvan in de islam als een wereldreligie.

Eén van de hoofdvragen die de sprekers onderzochten was de vermeende link tussen terrorisme en islam omdat dit een alomtegenwoordig onderwerp in de westerse media is.

Over de kwestie van vijandschap tussen grote religies in de wereld, zeiden de sprekers dat fundamentele kwesties van conflicten niet gerelateerd zijn aan de religies zelf, maar eerder gerelateerd zijn aan de politieke en economische agenda van individuen en leiders die vaak worden neergezet als deel van een religieuze agenda om massale steun te verkrijgen voor hun doelen.

De sprekers drongen erop aan om de fout van het generaliseren te vermijden wanneer het aankomt op het begrijpen van religies door individuele gebeurtenissen, omdat dit wellicht kan leiden tot fundamentele misverstanden.

In plaats daarvan stelden de deelnemers aan de conferentie voor dat elke gebeurtenis moet worden begrepen binnen zijn eigen specifieke context, voordat het kan worden gebruikt als een voorbeeld om generalisaties over individuen of andere religies te maken.

De conferentie was een uitgebreide poging om een kader te tekenen waarbinnen we zouden moeten proberen elkaar en andere religies te begrijpen, zeker binnen de context van de islam en terrorisme.

M. Fethullah Gülen

Fethullah Gulen’s leerstoel in de studie Islam en moslim-katholieke betrekkingen

De officiële openingsceremonie werd gehouden op de Australische Katholieke Universiteit op 23 november 2007. De inauguratie, Fethullah Gülen, is als volgt:

Professor Peter W. Sheehan e.a.
Vice-kanselier

Australische Katholieke Universiteit
40 Edward Street
North Sydney NSW 2060
Australië

Geachte vice-kanselier, professor Peter W. Sheehan e.a.,

Ik wil u hartelijk danken voor uw uitnodiging voor de lancering van de leerstoel voor de Studie van Islam en Moslim-Katholieke Betrekkingen aan de Australische Katholieke Universiteit.

Ik ben zeer vereerd dat u ervoor heeft gekozen om de leerstoel een naam te geven ter ere van mij, maar ik moet mijn bedenkingen hierover uiten. Voor mijn gevoel is het belangrijk dat educatieve dienstverlening en activiteiten met betrekking tot interreligieuze dialoog die worden uitgevoerd door veel mensen, niet moeten worden toegeschreven aan één persoon. Het is belangrijk dat iedereen die bijdraagt aan inspanningen en activiteiten, aan de toenadering tussen culturen en beschavingen en aan het principe dat we mensen respecteren hoe ze zijn, zou moeten worden erkend en toegejuicht.

Ik ben er zeker van dat het succes van de leerstoel en de vakgroep niet zal worden gemeten naar zijn introductie van één persoon of een bepaalde dienstverleningsbeweging, maar naar zijn dienstverlening aan alle gemeenschappen en de mensheid in zijn geheel.

Ik betreur het ten zeerste dat ik, vanwege gezondheidsproblemen, niet in staat ben om de ceremonie bij te wonen. Ik wil nogmaals mijn dank en waardering overbrengen aan allen die betrokken zijn bij de initiëring van dit educatieve project dat zulke enorme potentiële hulp biedt.

Hoogachtend,

M. Fethullah Gülen

Dialoog tussen culturen: een kans voor Europa II

Fethullah Gülen stuurde een bericht naar het symposium getiteld “Dialoog tussen Culturen: Een Kans voor Europa II” dat werd gehouden in Berlijn, Duitsland op 1 december 2006. Hier volgt de volledige tekst van dit bericht:

Geachte vertegenwoordigers van het Forum für interkulturellen Dialog en Haupt für den Ausbau der Infrastrukturen in den Neuen Bundesländern, gerespecteerde leden van het organiserende comité en de eminente academici, geleerden en sprekers die hier vandaag aanwezig zijn.

Ten behoeve van kennis en onderwijs en sprekend voor de mensheid, wil ik mijn oprechte dank betuigen aan het organiserende comité van deze conferentie, “Dialoog tussen Culturen: Een Kans voor Europa II” en aan alle deelnemers voor hun bijdragen aan het verkennen van een kwestie die sterk gerelateerd is aan de hedendaagse mensheid.

Het spijt me enorm dat ik, vanwege mijn huidige gezondheidstoestand, niet in staat ben om deel te nemen aan zo’n onderscheidende assemblee.
Collectieve gedachte en wil zijn niet mogelijk in een maatschappij waarin individuen elkaar niet behandelen met tolerantie. Ik geloof dat “dialoog” en “respect voor standpunten van iedereen” de sterkste bescherming bieden tegen ieder conflict dat ontstaat vanuit verdeeldheid, verschillen of moeilijkheden bij het bereiken van overeenstemming. Zulke hindernissen dringen zich waarschijnlijk op bij elke hoek die we omslaan op ons pad naar de toekomst; ik geloof sterk dat alle pogingen gericht op dialoog waardering verdienen.

Pogingen die zijn gewijd aan het opbouwen van een gelukkige wereld die is verenigd rondom universele waarden en aan het oprichten van “eilandjes van vrede” ter bevordering van dit doel, vervullen me van hoop voor een toekomst waarin verschillende culturen en beschavingen elkaar ontmoeten en met elkaar worden verzoend.
We gaan nu door een periode van uitgebreide veranderingen die de samenlevingen over de hele wereld beïnvloeden. Ik hoop dat de inspanningen van vandaag een toekomst zullen ontwikkelen waarin het gat tussen rijk en arm wordt gereduceerd, waarin de wereldbronnen eerlijk worden verdeeld terwijl werk, kapitaal en behoeften in acht worden genomen, waarin er geen discriminatie wordt getolereerd op basis van ras, kleur of wereldbeeld, waarin de basisrechten van de mens en de vrijheid worden beschermd en waarin er meer aandacht wordt geschonken aan het “individu”.

Ik wil iedereen bedanken die heeft bijgedragen aan de organisatie van dit belangrijke symposium in een dergelijke tijd waarin de mensheid meer dan ooit genade, compassie en begrip nodig heeft. Ik wens alle deelnemers succes en breng aan hen mijn warmste groeten en diepste respect over.

M. Fethullah Gülen

Fethullah Gulen’s boodschap aan de conferentie getiteld “Islam in de hedendaagse wereldD: de Fethullah Gulenbeweging in idee en praktijk”

Beste en Geachte vertegenwoordigers van het Boniuk Centrum voor de Studie en Bevordering van Religieuze Tolerantie aan de Rice Universiteit, en van het A.D. Bruce Religieus Centrum – Universiteit van Houston en van het Instituut van Interreligieuze Dialoog – Texas, en gerespecteerde leden van het organiserende comité en de eminente academici, geleerden en sprekers die hier vandaag aanwezig zijn.

Ten behoeve van kennis en onderwijs en sprekend voor de mensheid, wil ik mijn oprechte dank betuigen aan het organiserende comité van deze conferentie, “Islam in de Hedendaagse Wereld: De Fethullah Gulenbeweging in Idee en Praktijk” en aan alle deelnemers voor hun bijdrage aan een academisch onderzoek naar de problemen van de mensheid en naar wat de islam voorstelt aan oplossingen.

Ik kan niet beweren dat ik een enorme bijdrage heb geleverd aan “de Beweging van Vrijwilligers voor Universele Vrede,” waarover vele geleerden vanuit de hele wereld verhandelingen presenteren. Ik neem aan dat de vertegenwoordigers van deze beweging me onder elkaar een plek hebben toegewezen als een uitging van hun vriendelijkheid en goede wil.

Met de inspanningen van gewaardeerde mensen, zoals uzelf, die zijn samengekomen om een gelukkige wereld op te richten die is gebouwd op universele waarden en om “eilandjes van vrede” voor de toekomst op te zetten, hoop ik dat deze beweging zich zal uitspreiden en ons naar de horizon zal dragen waar culturen en beschavingen elkaar ontmoeten en consensus bereiken. In mijn beleving kunnen deze activiteiten, die tot dusver in gang gezet zijn onder de namen van “begrip,” “tolerantie” en “dialoog,” vanaf nu beter worden vervolgd binnen het kader van het benadrukken van, en het verzamelen rondom, universele menselijke deugden, en binnen een kader van respect voor de positie van degenen met “andere” percepties, geloven en ideeën.

Ik waardeer de inspanningen van de architecten van dit idee, zij die vandaag onder u zijn en zij die afwezig zijn, die zich hebben verbonden aan het realiseren van dit doel en ik geloof dat de toekomstige generaties zich hen met dankbaarheid zullen herinneren. Ik vind het heel spijtig dat ik niet in staat ben om deel te nemen aan dit onderscheidende symposium waarvoor ik zoveel voel in mijn hart. Ik voel me niet lekker; mijn bloeddruk wordt veel te hoog bij de minste opwinding. Daarnaast heb ik nog niet eens één procent van de inspanning geleverd die jullie hebben geleverd voor deze bijeenkomst.

Ik geloof dat “dialoog” en “respect voor standpunten van iedereen” de sterkste bescherming bieden tegen alle ongelijkheden die ontstaan vanuit verdeeldheid, verschillen of moeilijkheden bij het bereiken van overeenstemming, welke zich waarschijnlijk opdringen bij elke hoek die we omslaan op ons pad naar de toekomst als mensheid in zijn geheel; ik ben sterk van mening dat alle pogingen gericht op dialoog waardering verdienen.

Ik wil iedereen bedanken die heeft bijgedragen aan de organisatie van dit belangrijke symposium in deze tijden waarin de mensheid meer dan ooit genade, compassie en begrip nodig heeft. Ik wens alle deelnemers succes en ik stuur hen mijn warmste groeten en diepste respect.

M. Fethullah Gülen

Fethullah Gulen betuigt deelneming aan de slachtoffers van de Pakistaanse aardbeving

Fethullah Gulen betuigt deelneming aan de slachtoffers van de Pakistaanse aardbeving.

HET INTERNATIONALE SYMPOSIUM: “DE INTERRELIGIEUZE BIJEENKOMST VOOR INTERRELIGIEUZE DIALOOG IN HET NIEUWE MILLENIUM: HET VINDEN VAN GEMEENSCHAPPELIJKE GROND” VAN DE STICHTING

Voor het laatst bijgewerkt op woensdag 14 juni 2006 14:00 door Fethullah Gülen donderdag 10 november 2005 02:00
Beste gasten en geachte leden van de Niagara Stichting, leden van alle organisaties en educatieve instellingen, zeer eminente geleerden die hebben bijgedragen met hun artikelen en allen die hebben samengewerkt aan de organisatie van deze conferentie getiteld: “Naar Interreligieuze Dialoog in het Nieuwe Millennium: het Vinden van Gemeenschappelijke Grond.”

Ten eerste, ten behoeve van kennis en onderwijs en sprekend voor de mensheid, wil ik mijn oprechte dank betuigen aan de intellectuelen die vanuit verschillende plekken binnen de Verenigde Staten, Europa en Turkije zijn gekomen en die hun academische expertise hebben gewijd aan het bouwen van bruggen van vrede tussen culturen en religies.

Ik ben vol van veelbelovende verwachtingen dat het nieuwe millennium een veel vreedzamere wereld zal voortbrengen dan voorgaande eeuwen. Ik ben zo hoopvol dankzij de dialoogactiviteiten die zijn geïnitieerd onder de religies van de islam, het christendom en het Jodendom evenals onder de oude Indiase en Chinese religies; dit zijn de religies die elkaar eeuwenlang hebben uitgedaagd, ondanks het feit dat ze gelijke fundamentele beginselen bevatten en ontspringen uit dezelfde bronnen.
Deze activiteiten, die tot dusver in gang zijn gezet onder de namen van “begrip,” en “tolerantie” en “dialoog,” zouden beter worden gedefinieerd binnen het kader van het benadrukken van, en het verzamelen rondom, universele menselijke deugden, en binnen een kader van respect voor de positie van degenen met “andere” percepties, geloven en ideeën.

Met de inspanningen van gewaardeerde mensen als uzelf, die zijn samengekomen om een gelukkige wereld te bouwen op universele waarden en om “eilandjes van vrede” voor de toekomst op te richten, hoop ik dat deze beweging zich zal uitspreiden en ons zal dragen naar de horizon waar culturen en beschavingen elkaar ontmoeten en consensus bereiken

Ik waardeer de inspanningen van de architecten van dit idee, zij die vandaag onder u zijn en zij die afwezig zijn, die zich hebben verbonden aan het realiseren van dit doel en ik geloof dat de toekomstige generaties hen zich met dankbaarheid zullen herinneren. Ik vind het echter heel spijtig dat ik niet in staat ben om deel te nemen aan dit onderscheidende symposium omdat ik me niet goed voel; mijn bloeddruk wordt veel te hoog bij de minste opwinding. Daarnaast heb ik nog niet eens één procent van de inspanning geleverd die jullie hebben geleverd voor deze bijeenkomst.
Ik wil iedereen bedanken die heeft bijgedragen aan de organisatie van dit belangrijke symposium in deze tijden waarin de mensheid meer dan ooit genade, compassie en begrip nodig heeft. Ik wens alle deelnemers succes en ik stuur hen mijn warmste groeten en diepste respect.

M. Fethullah Gülen

Dit symposium, dat is gesponsord door de Niagara Stichting, zal worden gehouden in november 10-11-2005. Meer informatie kunt u vinden op de volgende website: http://www.interfaithgathering.org